Samenstelling van de dierlijke huid.
Leder is een dierlijke huid die door een reeks bewerkingen, het looien genoemd, onbederfbaar wordt gemaakt. Afhankelijk van het gebruiksdoel worden nog andere eigenschappen aan het leder meegegeven.
Scheikundig bestaat leder uit 65 % water, 35 % eiwitten, 0.5 % vet en 0,5 % zout. Alleen het eiwit komt in aanmerking voor de lederbewerking. De huid bevat verschillende eiwitten zoals collageen 98 %, elastine, keratine en lysine.
De ruwe dierenhuid.
De ruwe dierenhuid wordt vrijgegeven in het slachthuis, maar er zijn meestal neveninstellingen, huidenmaatschappijen, lederhandels in ruwe vellen, die zich bezighouden met de aan en verkoop. Deze verkoop wordt geregeld via de wet van vraag en aanbod. Wat de Belgische huiden betreft is de huidenveiling in Anderlecht toonaangevend, daarnaast wordt er ook onderhands verkocht. Ook in Rotterdam en Reutlingen Duitsland gaan huidenveilingen door. Door het aan- en verkoopsysteem in deze handel is het nodig de vellen een tijdlang te kunnen bewaren. Er bestaan verschillende conserveringstechnieken:
Zouten: zout desinfecteert en droogt uit
Drogen: niet in ons klimaat.
Combinatie zouten en drogen
Halfdrogen en diepvries: vooral voor overzee transporten.
kwaliteit van de dierenhuid
De kwaliteit van de ruwe huid beïnvloedt deze van leder. De kwaliteit is afhankelijk van milieu, klimaat, verblijfplaats, hygiëne, beharing (zomer/winter...) en geondheid van het dier. De keuze is afhankelijk van de fouten veroorzaakt door de omgeving van het dier. Keizersneden, parasitaire aandoeningen en infecties ( schurft, hypoderma bovis) , wonden van prikkeldraad, vilsneden en fouten ontstaan bij conservering (verhittingsverschijnselen, zoutvlekken enz...).
looien
het nathuis
Het weken en uitzoeten heeft als doel de huid te wassen en vovht te doen opnemen; Deze bewerking gebeurd in trommelvaten, walkvaten of soms in mixers.
Het ontharen en kalken. Toevoeging van kalk verandert het iso electrisch punt van de huid en doet de huid zwellen. Sulfide breekt de zwavelbruggen van de keratine, waardoor het haar oplost. Door een mechanische bewerking (spoelen) wordt het opgeloste haar verwijderd.
Het ontvelzen is een mechanische bewerking waarbij het onderhuids bindweefsel, vet en vleesresten worden verwijderd. Hetgeen we nu bekomen noemen we het 'bloot' (la peau en tripe).
Het splitten: de huid wordt overlangs doorgesneden ( volle nerf en split...) of wordt op dikte gebracht dmv schaven.
Het ontkalken: de gezwollen huid wordt geneutraliseerd door swakke zuren zoals melkzuur, ammoniumzouten of bonax.
Het beitsen: enzymen worden toegevoegd om de nerf te zuiveren en restanten van kalk en onzuiverheden die zich nog op de huid bevinden zoals resten haar, huidvet, resten opperhuid enz.. Deze onzuiverheden zouden het eigenlijke looiproces hinderen.
looien tot leder
Bij het looien wordt een substantie ('looistof') op een scheikundige manier aan de huid gebonden. Onder alle hulpmiddelen in de looierij neemt water een belangrijke plaats in. Zowel de kwaliteit als kwantiteit spelen een rol. De samenstelling van de water beinvloedt het looiproces in belangrijke mate. Door de binding van de looistof op de huid wordt leer , een stabiel product gevormd. Er bestaan 3 belangrijke soorten looistof: plantaardig, mineraal en vet.
plantaardige looistoffen
Mimosa, quebracho, sumak, netelareschors, eik, kastanje... De meeste planten die in de natuur voorkomen hebben looiende eienschappen, maar het is pas als ze veel looistof bevatten dat ze worden gebruikt. De looistof kan geëxtraheerd worden uit de bladeren, schors of vruchten. Het extractwordt dan gezuiverd en geconcentreerd, meestal gedroogd en in poedervorm verhandeld.
Chemisch gezien zijn plantaardige looistoffen vrij ingewikkelde producten die behoren tot de fenolen (organische producten).
De plantaardige looiing: de huiden worden in looibaden gebracht met stijgende concentratie looistof.Door het veranderen van de zuurtegraad wordt de looistof geabsorbeerd aan de huid. de looierijscheikundigen zijn het nog steeds niet eens hoe de binding van de vegetale looistof op het collageen gebeurt.
Deze methode neemt minimaal één week tot meerdere weken , maanden in beslag! Deze looiwijze wordt gebruikt voor zoolleder, tuigleder en dergelijke.
Het plantaardig gelooid leder neemt de bruine kleur aan van de looistof. Tegenwoordig wordt meestal met synthetische looistoffen voorgelooid en daarna met echte plantenextracten doorgelooid.
Minerale looistoffen: chroom, aluin of zirconium
Chroomlooing werd door Friedrich Knapp (1850) uitgevonden. Deze looimethode was toen reedstechnisch goed uitvoerbaar omdat het chroomijzererts massaal voorkwam als mineraal, in de loop der jaren is deze methode verder uitgewerkt.
Bij deze looing worden de huiden vooraf geprikkeld met zuur en zout, waarna een oplossing van chroomzout wordt toegevoegd. Deze werkwijze neemt 6 tot 8 uren in beslag.
Deze methode wordt voornamelijk gebruikt voor bovenleder, voering, kledijleder en meubelleder. Ongeveer 90% van alle huiden worden chroomgelooid. Typisch voor Cr-gelooid leder is de blauwgroene kleur.
Er bestaan ook andere minerale looiingen zoals bv. de Aluin- of witlooiing (een Na-AL verbinding) die veel gebruikt wordt bij bont. Zirconiumlooiing wordt momenteel enkel op pilootschaal toegepast.
Olieen of vetten als looistof
De vetlooiing is de oudste manier van looien. Men gebrukt olie of vet dat zich door oxidatie, onder invloed van temperatuur en druk bindt op de huid (collageen). Deze methode wordt gebruikt om zeemleder of damhertleder te maken.
Looien: afwerking
De afwerking van plantaardig en chroom gelooid leder zijn verschillend.
Plantaardig gelooid leder
Dit leder ondergaat nog volgende bewerkingen.
*Uitwassen van niet gebonden looistof.
*Bleken om het leder een fijnere en soepeler nerf te geven.
*vetten (nouriture) , een groot deel van het natuurlijke vet is tijdens het looiproces verdwenen, door chemicaliën omgezet en opgelost. Het toevoegen van een olie-emulsie is nodig om het leder en vooral de nerf soepel te maken.
*Drogen gebeurt bij lage temperatuur en tot 16% vocht.
*Walsen om het lederte sluiten en te vlakken.
*Verven, wassen en prints kunnen nog worden toegevoegd.
*splitten, het leder wordt op dikte gebracht. Het resterende onderste deel (croute, crust) wordt
ook gebruikt en eventueel afgewerkt met een finish en/of print tot splitleder.
Chroom gelooid leder
Dit leder ondergaat nog volgende bewerkingen.
*neutralisatie: het leder is nog zuur en wordt geneutraliseerd en gevet.
*verven gebeurt hoofzakelijk met aniline kleurstoffen in een trommelvat. De techniek van verven is gelijkaardig aan die in de textielsector.
*persen en vlakken om het teveel aan water te verwijderen.
*drogen kan op verschillende manieren gebeuren. Chroomgelooid leder is bestand tegen relatief hoge temperaturen, 70-80°C. Vooral bekend zijn tunneldrogen, vacuümdrogen en drogen op glas.
*corrigeren, wegwerken van kleine nerffouten.
*versoepelen of stollen tussen rollen.
*aanbrengen van een finish om het leder beter bestand te maken tegen krassen, stoten, slijtage ...Het aanbrengen van een finish is te vergelijken met het aanbrengen van een verflaag. Grondlaag al dan niet op waterbasis, deklaag (bevat het in water oplosbare pigment, maar bevat ook weekmakers) en uiteindelijk een toplaag (kleurloos, mat, satin of glanzend). Een oneindig aantal andere afwerkingen zijn mogelijk waaronder bijvoorbeeld foliedruk.
*prints kunnen gedurende dit proces ook worden toegevoegd. De vellen worden onder hoge druk en temperatuur met grote stempels geprint. Bekendste is allicht Kroko prints.
*splitten brengt het leder op juiste dikte volgens vraag van de klant.
aniline/semi aniline/gedekverfd
Deze 3 termen worden veelvuldig vermeld wanneer er over leder wordt gepraat. Het is dan ook een belangrijk onderscheid tussen de afwerkingsvormen van leder.
Aniline leder wordt geverfd door een soort inkt die volledig door het vel wordt opgenomen. De kleuring gebeurd meestal in baden. Boven, onder en binnenkant van het leder zijn gelijk van kleur. Het leder voelt zacht en licht poreus aan. Nadeel is dat het makkelijk zal verkleuren door licht en gevoelig is voor vlekken. Dit leder kan echter wel makkelijk worden bijgekleurd voor bijkleurende crêmes . Het spreekt voor zich dat enkel eerste keuze huiden hiervoor in aanmerking komen, ieder foutje blijft zichtbaar.
Bij semi-aniline afwerking is het een lichte beschermende laag gespoten, deze beschermd het leder tegen verkleuring en vlekken en voelt toch nog aangenaam aan. Het beste van 2 werelden en de meest aangewezen ledersoort in de meubelbranche.
Gedekverfde ledersoorten zijn nog meer bovenaan geverfd, al dan niet met aniline behandeling voorgekleurd. Wat wil zeggen dat de onderzijde of binnenkant een andere kleur kan hebben. De verflagen voorzien het leder van bepaalde eigenschappen zoals krasbestendigheid, waterafstotend, brandwerend enz... Autobekledingsleder is bijvoorbeeld veelvuldig geverfd. Deze afwerking voelt wel kouder aan daar je bij aanraking eigenlijk een verflaag aanraakt. Na enige tijd kan de verflaag beginnen barsten. Door de camouflerende werking van de verflagen kunnen veel soorten huiden hiervoor worden gebruikt.
Testen van leder
De technische karakteristieken worden in elke ledercollectie vermeld. Interne of externe laboratoria doen verschillende tests om de eigenschappen van vele ledersoorten te kunnen vergelijken. Hieronder enkele van de meeste courante testen met leder.
Brandwerende eigenschappen: met een brandende sigaret op een staal leder test met de brandveiligheid.
blootstelling aan licht/verkleuring: standaard schaal van 1 tot 8 waarbij 1 heel vlug verkleurt en 8 nooit. Aniline leder verkleurd vrij makkelijk en heeft meestal een 3 als score, semi-aniline 4 à 5, meer gedekverfd leder haalt makkelijk 5 à 6 en technisch leder zoals bv. autobekledingsleder zitten op 7. De hoogste score komt niet voor bij leder
enkel voor bij textiel.
Wrijftesten, droog, nat en met transpiratie.
Hechting toplaag: Het resultaat van deze testen wordt uitgedrukt in N/cm2. Hierbij wordt de bovenste verflaag van het leder gestest op hechting.
Scheurtest: De scheurweerstand van leder wordt uitgedrukt in N, voor kwalitatief meubellederis het minimum 20 N.
Een stukje leder wordt in een speciale machine getest op scheuren.
Diktemeting. slechts een minimale afwijking van de dikte volgens het stalenboek is toegestaan .